Waarom Joachim en Peter geweld gebruikten op het Malieveld: 'Ik voelde me verraden'

In dit artikel:

Tijdens de ongeregeldheden op het Malieveld in Den Haag afgelopen zaterdag stonden vandaag veertien verdachten terecht, onder wie twee mannen uit Noord‑Holland. Die dag escaleerde een demonstratie over migratie: een politieauto vatte vlam, er werden stenen gegooid en de ME zette waterkanonnen in om de menigte terug te dringen.

De 20‑jarige Joachim B. uit Heerhugowaard reisde die dag met zijn vriendin naar Den Haag. Vanaf een zandheuvel zag hij hoe een politieauto in brand werd gestoken en liep uit nieuwsgierigheid naar het voertuig toe. Volgens de politie trapte hij vervolgens tegen een naastgelegen auto, waardoor de bestuurdersruit indeukte en de zijspiegel losraakte; op foto’s is hij zichtbaar met stenen in zijn hand, zware kisten, militaire broek, bomberjack en een zwarte bivakmuts met een doodskop. B. verklaarde dat hij vreedzaam was gekomen en zichzelf wilde beschermen tegen mogelijk traangas met een gasmasker, maar de rechter zag wél een leidende rol: nadat hij tegen de auto had getrapt, werden vuurwerksartikelen in het voertuig gegooid. Hij kreeg een gevangenisstraf van vijf weken (waarvan twee voorwaardelijk) en moet 1.500 euro schadevergoeding betalen.

De ander, 49‑jarige Peter van D. uit Amsterdam, ontkent dat hij met een vlaggenstok meerdere keren op twee politiebusjes heeft geslagen. Hij zegt dat hij aanvankelijk voor het podium stond en pas later aan de zijkant ging kijken toen het geweld uitbrak; hij kocht in Den Haag een plastic stok om als vlaggenmast te gebruiken en benadrukt dat hij geen geweld wilde plegen. De politieagenten beschreven echter herhaaldelijk dat Van D. met zijn stok op de busjes sloeg. De officier van justitie eiste een taakstraf, en de rechter legde hem 60 uur taakstraf op. In het vonnis kreeg Van D. te horen dat hij zich bij opstootjes had moeten verwijderen en dat beschadiging van politievoertuigen niet is toegestaan, maar dat een plastic stok relatief gering is vergeleken met het gooien van stenen door relschoppers.

Kort gezegd: de rechtbank sprak straffen uit tegen deelnemers die tijdens de rellen actief bijdroegen aan beschadiging en verstoring; sommige verdachten riepen nieuwsgierigheid of zelfbescherming als motief, maar dat weerhield de rechter er niet van hen verantwoordelijk te houden voor hun rol in de escalatie.