Rechtszaak tegen Marco Borsato toont hoe grote bekendheid slachtoffers vaak overschaduwt
In dit artikel:
Marco Borsato (58) uit Alkmaar staat op dinsdag 28 oktober terecht in de rechtbank in Utrecht. Het Openbaar Ministerie vervolgt hem voor aanranding van een meisje in de periode september 2014 tot januari 2015; dat zijn de momenten waarop het slachtoffer nog geen 16 jaar was. De vrouw, inmiddels 26, zegt dat de misstanden vanaf haar vijftiende zijn begonnen en vier jaar hebben geduurd; zij beschrijft herhaaldelijk betast zijn van onder meer bovenbenen, borsten, billen en vagina, zowel met als zonder kleding, en dat zij door hem aan zijn penis moest zitten.
De twee kennen elkaar goed: Borsato bezocht het gezin als familievriend, was aanwezig bij gelegenheden zoals haar diploma-uitreiking en haar moeder was jarenlang voorzitter van zijn fanclub. In 2019 vond de moeder een dagboek waarin de gebeurtenissen stonden beschreven; daarop verbrak ze de samenwerking met Borsato en zou er een confrontatie en een sessie met psychologen hebben plaatsgevonden. De zaak werd publiek toen het slachtoffer in 2021 formeel aangifte deed. Borsato ontkent de aantijgingen schriftelijk en heeft de vrouw aangeklaagd wegens smaad en laster.
Slachtofferhulp wijst erop dat slachtoffers van seksueel misbruik, zeker wanneer de verdachte een bekend persoon is, vaak lang wachten met aangifte vanwege angst, schaamte en de heftige publieke aandacht. Volgens hen richt de publieke berichtgeving zich vaak op de gevolgen voor de verdachte en diens omgeving, terwijl het leed van het slachtoffer onderbelicht kan blijven; valse aangiftes in zedenzaken komen volgens de organisatie zeer zelden voor.
De inhoudelijke behandeling van de zaak is gepland voor dinsdag 28 en donderdag 30 oktober; vrijdagochtend 31 oktober is gereserveerd voor uitloop. NH doet verslag vanuit de rechtbank in Utrecht.