Hubertushuis in Amsterdam voorgedragen als Rijksmonument

In dit artikel:

Het Hubertushuis aan de Amsterdamse Plantage Middenlaan is door de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed (RCE) voorgedragen als rijksmonument. Het modernistische gebouw, opgeleverd in 1978 en ook bekend als het Moederhuis, werd door Aldo van Eyck ontworpen voor de Sint‑Hubertus Vereniging als opvang voor ongehuwde moeders en hun kinderen. Kenmerkend is de gevarieerde gevel met terugliggende en uitstekende trappenhuizen, erkers, passages, halfronde balkons en dakterrassen.

Het pand kreeg al in 2001 gemeentelijke monumentstatus. Later huisvestte het onder meer een kinderdagverblijf (vanaf 2008); in 2016 werd het verkocht en deels omgevormd tot hotel, terwijl een deel momenteel leegstaat. De RCE heeft het Hubertushuis aangewezen als één van vijftien zogenaamde Post‑65‑objecten — gebouwen uit de periode 1965–1990 die volgens de dienst belangrijke voorbeelden zijn van de naoorlogse ontwikkeling van de gebouwde omgeving.

Een voordracht betekent het begin van de procedure; definitieve erkenning als rijksmonument vergt instemming van gemeente en provincie. Met de status volgen strengere regels bij verbouwing of sloop en kunnen eigenaren onder voorwaarden in aanmerking komen voor speciale subsidies of voordelige leningen. De RCE benadrukt dat bescherming nu noodzakelijk is omdat veel van deze recente gebouwen door renovatie of transformatie kunnen verdwijnen.